Rwanda heeft toeristen het nodige te bieden: meren, tropische landbouw op terrassen, regenwouden en prachtige uitzichten. Alles is groen in de kleine regentijd. We hebben ons vizier gericht op de regenwouden op de grens met Burundi en DR Congo, waar het, als we de verhalen moeten geloven, stikt van de apensoorten (chimpansees, colobussen, baboons en andere monkeys).
De tocht erheen is prachtig, behalve dat het toch wel 7 uur rijden is, waarvan de laatste 2 uur door het dichte bos, waar we behalve 1 aap niets en niemand tegenkomen. Bij de ingang van het park blijkt dat we, naast de hoge entree voor het bos, 50 $/pp moeten betalen voor een kampeerplek zonder voorzieningen. We besluiten door te rijden naar een goedkoper guest house net buiten het park; die is natuurlijk wel behoorlijk vol. De rest van de avond regent het (tja regenwoud…).
De volgende dag maken we met gids een prijzige (50 $/pp) wandeltocht naar en door het tropische bos. Een deel van het bos is namelijk al gekapt en heeft plaatsgemaakt voor theeplantages voor de export en eucalyptusbossen voor de energie- en bouwmaterialen voorziening. In het regenwoud is het groen, groener groenst. De bomen, struiken, planten groeien over elkaar heen. Ook zien we alle kamerplanten, die je in Nederland kan vonden, in het wild. Maar apen ………… ho maar, die zie je in zo’n bos niet zomaar. Zeker niet de soorten, die zich boven in de bomen ophouden, zoals de chimpansees. En wanneer je niet extra geld hebt neergeteld om een ‘chimptracker’ in te huren, al helemaal niet. We zijn blij dat we die ene colobus onderweg gezien hebben….
De volgende dag hobbelen we weer 5 uur over onverharde wegen langs lake Kivu richting naar Kibuyo waar we in een Prestbyterian Conference Centre onze web site weer eens kunnen bijwerken.
zondag 5 december 2010
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten